algemeen

De wachtkamer

Toch heb ik nog steeds een hoog aanspreekgehalte. Was altijd al zo. Toen ik nog rookte en studeerde zat ik vaak op de trappen van het Bungehuis in de Spuistraat een peuk te roken, omdat dat binnen niet meer mocht. Het viel een vriend van mij op dat ik vaker dan anderen werd aangesproken door voorbijgangers om een vuurtje of de weg of om geld. Dus deden we een test. Ik ging telkens op een andere plek zitten. Driekwart van de tijd werd ik aangesproken terwijl er toch zeker zo’n 20 man ook op die trappen zat, aanspreekbaar te zijn. Dát kostte me heel wat sigaretten.

Waar dat aan ligt? Het zal vast met uitstraling te maken hebben. Blijkbaar straal ik uit dat ik een watje ben en geen nee zal zeggen of dat ik makkelijk benaderbaar ben. Dat is nog steeds zo. Zet mij in een wachtkamer en ik ben de vrouw aan wie mensen vertellen dat hun grote teen pijn doet, hun vrouw is weggelopen en hun kinderen in het buitenland studeren.

Dat vind ik niet altijd fijn. Mijn houding straalt blijkbaar uit ; ‘deponeer uw problemen en kletspraatjes hier‘. Mijn hoofd denkt meestal ‘donder op en laat me met rust‘. Dat klinkt chagrijnig en dat is het wellicht ook. Maar kletspraatjes kosten mij vaak meer energie dan ik heb. Als ik ergens naar toe ga is dat vaak een aanslag op de energievoorraad en onverwacht praten is dan vaak nét de druppel die maakt dat ik onderuit ga.

Niet dat ik mensen makkelijk zal afkappen. Ik ben namelijk HEEL AARDIG. Ik zeg niet snel nee en ik zal ook niet snel wegkijken als iemand tegen me praat. Ik ga vaak ook nog geïnteresseerde vragen stellen in reactie op het gesprek en dan weet ik aan het eind toch maar mooi dat begrafenisondernemer een machtig interessant beroep is.

Laatst zat ik in de wachtkamer bij de huisarts en toen maakte ik iets nieuws mee. Ik wekte duidelijk de woede van een man op. Het wachten duurde lang, er waren wat spoedgevallen en de assistente had haar excuses aangeboden dat het ‘allemaal wat, nou ja zeg maar soort van heel erg uitliep, echt heel vervelend en sorry daarvoor.’

Nu ben ik heel goed in stoïcijns wachten. Ik maak me niet snel druk om afspraken die uitlopen. Als je iets als patiënt leert, dan is het wachten. Wachten op medicijnen die er niet zijn, onderzoek dat niet wordt gedaan en ook wachten tot je aan de beurt bent, tot je een ons weegt.

De mededeling van de assistente had op een mede-wachtende een groot effect. De man begon te snuiven en te zuchten en wild om zich heen te kijken. Ik dacht ‘nu komt het, hij gaat me vertellen waarom hij hier zit. Straks ken ik de naam van zijn parkiet en weet ik wat hij vanavond gaat eten.’

Niets van dat alles. Hij was boos. Op mij. Zo leek het. Elke paar seconden keek hij mij doordringend en boos aan en keek dan weer weg. Veegde continu zijn handen aan zijn broek af en keek dan weer razend op, alsof ik groene zeep op zijn handen gesmeerd had, of nog erger, lijm die verschrikkelijk jeukt.

Natuurlijk rook ik even onder mijn oksels. Maar dat rook heel plezierig, vond ik zelf dan toch. Er zat geen poep onder mijn schoenen. Ik meende ook zeker te weten dat ik mijn tanden had gepoetst dus aan mijn geur kon het niet liggen. Toch maakte iets in mij de man boos.

Gelukkig kwam er op dat moment net een allerschattigst baby’tje binnen met zijn ouders. Nu ben ik geen babyliefhebber, ik heb weinig met baby’s. Die van ons vond ik heel leuk maar de rest wekt niet heel veel in mij op. Zet me in een kamer met kittens en ik smelt. Zet me in een kamer vol baby’s en ik wil in paniek weg rennen.

Maar dit exemplaar was bijzonder goed gelukt. Stralend lachen, veel tatatata!! en gerammel met een speeltje, verrukt zwaaiend naar wat hij zag en nét voldoende kwijl in de mondhoek om het compleet te maken.

Dus negeerde ik de boze man en richtte mijn aandacht op de baby. Zwaaide naar hem, ging gekke bekken trekken en de ouders groeiden van trots en liefde dat hun jochie – denk ik, dat was even een gok aangezien elke baby een bol hoofd heeft en kleuren van babykleding geen definitief uitsluitsel gaven over het geslacht-  dat in een ander wist op te roepen.

Nét op het moment dat ik wilde aanbieden petemoei te worden, riep de huisarts mij. Gelukkig.

14 gedachten over “De wachtkamer

  1. Heel herkenbaar. Ik ben niet goed in vrienden maken maar als ik iemand op de koffie krijg dan is het welkom bij de psych en stortte mensen hun hard bij me uit. Volgens mijn buig komt dat omdat ik heel eerlijk ben en niet om de hete brij heen draai (lang leve het asperger syndroom). Ik zorg er nu wel voor dat het andersom ook mogelijk moet zijn kan ik mijn sores niet bij jou kwijt dan is het klaar met de gratis psych.

    Geliked door 1 persoon

  2. Ook voor mij heel herkenbaar en ik vraag me weleens af of ik een sticker op mijn voorhoofd heb ,stort uw bak ellende maar over me uit ! Gek genoeg heb ik [ helaas ] geen echt vriendelijk uitstraling ,vaak te horen gekregen dat ik verwaand of een chagrijn ben ,wat gelukkig niet zo is .Vrienden of familie hebben we ook niet dus lekker rustig .Meestal in de supermarkt of buiten tijdens het inpakken krijg ik hele levensverhalen te horen en ik luister ook meestal heel geduldig ,pfff

    Geliked door 1 persoon

  3. Door een coach is mij ooit verteld dat ik zo’n open blik heb. Dat is hartstikke fijn bij accountmanagement, want je legt makkelijk contact. Beetje jammer dat je dan ook van alles over voorhuidverwijderingen en busschema’s hoort. Beide helaas waargebeurd. Ik kijk nu vaker weg als ik geen zin heb. De groeten. Van de andere kant heb ik daardoor ook weer hele leuke verhalen gehoord en leuke mensen ontmoet, dus ja. 🙂 Anyway, het ligt aan je blik. Denk ik. 🙂 Fijn weekend!

    Geliked door 1 persoon

  4. Knap van je dat je, ondanks dat je weinig met baby’s hebt, je toch met de baby bent gaan bezighouden. Meestal kijk ik stoïcijns de andere kant op en doe een schietgebedje dat het kind gauw ergens anders heen gaat of voor mij aan de beurt zal zijn. Het intrigeert mij ook wel waarom de man zo boos op je zou kunnen zijn. Hilarische beschrijving: smullen weer. Goed weekend gewenst.

    Geliked door 1 persoon

  5. Geweldig. Brengt een lach op mijn gezicht. En ja, heel herkenbaar. Op de een of andere manier raak ik ook altijd in gesprek met iedereen.Goed dat het wachten niet langer duurde…wie weet waar je nog allemaal mee thuis gekomen was. Overigens…jij kon hoop ik je verhaal wel kwijt bij de dokter en niet omgekeerd??:)

    Geliked door 1 persoon

  6. Grappig dat je dat “nog ” kunt. 😉 Er xijn tijden geweest dat ik me geoefend had in helemaal afsluiten .Ik had heb dat ook. Denk dat het bij jou ook een combinatie is van bijdehante uitstraling en openheid en niet veroordelend zijn. Dat ze bij jou niet af gaan. Heb je het ook met de Duitse toeristen ?

    Geliked door 1 persoon

  7. Wat heb je dit grappig geschreven. Ik ben meestal degene die het gesprek begint en binnen 5 tellen inderdaad verjaardag van parkiet en wat voor ziektes en ellende mensen allemaal meegemaakt hebben maar ik hou er juist van.
    Ik heb een schoonzus met een heel lieve en mooie uitstraling en daar praten mensen ook heel snel tegen maar zij haat dat juist en hoewel ik het goed met haar kan vinden en ze vaak hier is moet ik zeggen dat een lieve uitstraling niet wil zeggen dat iemand ook lief is. Het is best een loeder met lieve uitstraling haha.

    Geliked door 1 persoon

  8. Die baby heeft het dus duidelijk ook 😉 Ik ook trouwens. Ik dacht dat een koptelefoon op mij oren en een boek voor mijn snufferd een goede oplossing zou zijn maar daar kletsen ze gewoon doorheen hoor!

    Geliked door 1 persoon

  9. Ja kost idd erg veel energie, die mensen die hun verhaal over je “uitstorten”. Als ik een kitten zie, ga ik van die irritante moederlijke tut tut tut geluiden maken. Heb ik bij baby’s geen last van.

    Geliked door 1 persoon

  10. 😂😂zeer herkenbaar en idd ook hier bij mij vaak de energie niet voor. Omdat ik ook vaak last heb van de tl achtingen verlichting hield ik een keer mijn zonnebril op. Tot mijn verbazing sprak toen niemand mij aan! Die truc heb ik inmiddels meerdere malen succesvol toegepast. Ietwat ongepast maar voor mij helemaal top😊

    Geliked door 1 persoon

Zeg het maar!