
Persoonlijke verzorging is wel een ding als je bedlegerig bent. Handelingen die ooit vanzelfsprekend waren, zorgen voor verergering van klachten. Haren borstelen? Dat is moeilijk, zeker als dat haar enorm klit door het voortdurende plat liggen en ik mijn armen niet goed omhoog kan doen. Dus zet mijn moeder er de schaar in en wordt het een heel kort koppie, wat ik eigenlijk helemaal niet wil. Gelukkig is ze ooit in een ver verleden kapster geweest.
Maar heel eerlijk? Het kan me niet zoveel meer schelen hoe ik eruit zie. Praktisch gaat voor mooi. Dat Mischa zegt dat hij me ook in verlepte toestand de mooiste vindt, scheelt natuurlijk wel.
Wassen lukt alleen nog liggend op bed. Mischa wast gemiddeld één keer per twee weken mijn haren op bed met behulp van een handige opblaasbare wasbak. En ik was mezelf een paar keer per week met vochtige washandjes. Als ik me heel slecht voel, doet Mischa dat. Zo eens in de drie maanden krijg ik een ‘ik moet nu douchen anders houd ik dit geen minuut langer meer vol‘-aanval en is het tijd voor ‘operatie douchen’
Terwijl Mischa in de badkamer de douchekruk klaarzet, zorg ik dat ik mezelf uitkleed. Als ik veel lagen aan heb zoals in de winter of herfst, helpt hij daar eerst mee. Hij zet de douche aan. Niet te koud want dat trek ik niet. Niet de warm want dat trek ik ook niet.
Als het zover is, loop ik naar de badkamer. Water over mijn lijf! Dat is elke keer weer een heftige emotionele ervaring. Mischa begint me in te zepen. Hij gebruikt een douchespons en moet flink aan de slag, want als je maanden niet doucht of je echt goed kunt wassen, is je huid één en al dode huidcel. Schrobt hij dat er niet tijdens het douchen van af, dan lig ik later als een slang die vervelt in bed.
Terwijl hij boent, fungeer ik als verkeersagent. “Nu hier, nu daar, voorzichtig met die arm, dat doet pijn”. In het begin vond ik dat heel moeilijk, ik was al lang blij dát ik onder de douche zat en dat hij mij verzorgt. Het is moeilijk iemand te corrigeren die je helpt. Alleen, als ik dat niet doe dan heb ik mezelf er mee.
Het luister allemaal zo nauw. Het douchen moet snel gebeuren want als ik te lang overeind zit, ga ik crashen. Als hij te snel boent raak ik enorm overprikkeld en crash ik ook.
Na het douchen word ik voorzichtig droog gedept en in een grote badjas gewikkeld. Een pyjama aandoen lukt nog niet, ik moet nu eerst zo snel mogelijk plat. Lopen terug naar de slaapkamer gaat nog net. Eenmaal liggend in bed komen de katten aan me snuffelen. Het mens ruikt anders!
Douchen gaat elke keer gepaard met een huilbui, tijdens of achteraf. Enerzijds door de emoties – wat is dit fijn – anderzijds door de extreme uitputting.
Vrij snel daarna krijg ik een kou-aanval en is het zaak toch een warme pyjama aan te doen. Ook daar helpt Mischa mij weer mee. De rest moet ikzelf doen: de gevolgen opvangen. Ik kan na het douchen óf in een adrenalinerush raken of juist meteen volledig crashen en uren niet meer kunnen bewegen.
Het kost elke keer dagen om te herstellen. Dat is ook de reden dat ik zo min mogelijk douche. De prijs is zo hoog! Maar af en toe weten en ruiken dat je weer helemaal schoon bent, is onbetaalbaar. En voor mijn omgeving ook heel fijn, ook al zeggen man en kind altijd tactisch dat ik niet stink.

