Van 1 tot en met 8 oktober is het de week tegen eenzaamheid. Er wordt in de media veel aandacht aan besteed en ook zijn er in diverse gemeenten activiteiten rond dit thema, zodat mensen nieuwe contacten kunnen leggen.
Eenzaamheid komt in alle soorten en maten voor. Alle goede bedoelingen ten spijt, soms (vaak?) is eenzaamheid niet het gevolg van ouderdom, het niet sociaal vaardig genoeg zijn om contacten te leggen of psychische problemen. Het ontbreken van de fysieke mogelijkheid om een normaal actief sociaal leven te hebben speelt ook een rol. Ik wil daar graag aandacht aan besteden door middel van een repost van een artikel uit 2018:
Niet elk eenzaam mens is een oude bejaarde. Soms is het een 51-jarige vrouw met ME die de wereld ging veroveren maar er onderweg achterkwam dat ze in het verkeerde lichaam zat en haar dagen voor het merendeel gedwongen op de bank doorbrengt.
Er rust best een taboe op eenzaamheid. Toegeven dat je eenzaam bent, dat doe je niet zo snel. Want eenzame mensen, dan denk je al snel aan een zielige oudere vrouw die nooit bezoek krijgt omdat haar kinderen in het buitenland wonen of zo. Of omdat ze een kreng is. Maar dat sluit natuurlijk niet uit dat ook een kreng eenzaam kan zijn.
Maar ook jonge mensen kunnen eenzaam zijn omdat er op dit vlak niet wordt gediscrimineerd, eenzaamheid komt in alle soorten en maten. Ook ik voel me, ondanks dat ik onderdeel ben van een heerlijk gezin, regelmatig eenzaam, want afgesloten van de samenleving.
Hoewel ik heel goed alleen kan zijn en daar soms ook van geniet en mijn ‘alleen-tijd’ mijn oplaadtijd is, is het niet mijn keuze. Mijn eenzaamheid is voor mij verbonden met het niet kunnen kiezen voor het alternatief, namelijk onderdeel zijn van een sociaal netwerk, meedoen met de samenleving, tijd kunnen doorbrengen met vrienden, me actief kunnen verbinden met anderen, samen dingen meemaken.
Natuurlijk ben ik op de hoogte van de kracht van positief denken. Dat kan ik als geen ander. Maar ook hier sluit het één (positief denken) het ander (eenzaamheid) niet uit. Ik kan er het beste van maken, dat halfvolle glas optimaal benutten, alles benoemen wat fijn is in mijn leven en tóch voel ik me vaak eenzaam.
Als de deur dichtklapt op maandagochtend en man en puber zijn vertrokken dan geniet ik weliswaar van de rust en stilte zo na het weekend, toch grijpt die me ook vaak naar de strot. Weer een week dat ik overdag alleen ben.
Als ik op goede dagen genoeg energie heb om wat te rommelen in huis, beetje koken, douchen lukt, dan glijdt de dag best snel voorbij.
Andere dagen ervaar ik het anders. Als ik met pijn plat lig, me vies voel omdat douchen al vier dagen niet is gelukt, lezen niet lukt en zelfs Netflix een brug te ver is, dan voel ik me eenzaam, niet gezien, vaak onbegrepen. De wereld draait door zonder mij.
Hoe zou ik iemand ooit kunnen vertellen hoe het is, jaar in jaar uit leven met ME, opgesloten in mijn energieloze bubbel. Ik vroeg mijn vader die longemfyseem had vaak of hij niet heel vaak boos werd, vanwege zijn situatie. ‘Daar heb ik geen lucht voor’ was zijn altijd nuchtere antwoord.
En zo is het. Ik wil wel verbinding maar heb er meestal geen energie voor. Dus zag ik mijn vriendin I. voor het laatst afgelopen maart. Vaak wil ik bellen maar dat slurpt energie die er niet is. Dus bel ik niet. Zij is geen mailer en dus staat de vriendschap al jaren op een laag pitje. Aan het wederzijdse gevoel ligt het niet.
Eenzaamheid komt niet alleen voor bij mensen die soms dagen, weken niemand zien of spreken. Je kunt midden in de samenleving staan en eenzaamheid ervaren. Of fysiek afgesneden zijn van de rest van de wereld. Een onbegrepen aandoening als ME/cvs kan zorgen voor een kloof tussen de patiënt en ‘de rest van de wereld’. Omdat niet iedereen ziet of erkent, dat het hebben van ME geen kattenpis is. Vaak wordt het lijden gewoon niet gezien of begrepen, soms zelfs belachelijk gemaakt.
Ik ben vaak alleen. Soms is dat oké maar heel vaak ook niet. En dan voel ik mij eenzaam. Dat mag ook wel eens worden gezegd. Niet elk eenzaam mens is een oude bejaarde. Soms is het een 51-jarige vrouw met ME die de wereld ging veroveren maar er onderweg achterkwam dat ze in het verkeerde lichaam zat en haar dagen voor het merendeel gedwongen op de bank doorbrengt.