leven met ME·PEM

Uitge(s)teld(e PEM)



Zondag leerde ik de ouders van de vriendin van onze zoon kennen. Nu hij samen met haar een half jaar in het buitenland gaat studeren en ik wel af en toe bezoek aan kan, leek me dat een mooie aanleiding voor een zorgvuldig geregisseerde ontmoeting. Ze hebben via de kinderen en Mischa gelukkig veel over mijn situatie gehoord en zijn inlevend, bleek.

Mischa kende ze al, heeft ze diverse keren gezien en heeft daar zelfs thuis gelogeerd een keer. Dat het hartelijke en gastvrije mensen zijn wist ik dus al.

Het was enorm gezellig, het klikte meteen en ik hield het best lang vol. Daarna stortte ik in, zwaar overprikkeld natuurlijk en heb ik me gedeisd gehouden.

De volgende dag viel het mee. Geen centje pijn. En eigenlijk voelde ik me gewoon goed (binnen ME-termen dan hè, dus gewoon de normale shit). Dinsdag ging het ook goed. En even dacht ik dat ik hersteld was, want de PEM bleef uit !

Maar vannacht werd ik happend naar adem wakker. Ik kan me niet bewegen van de pijn in mijn benen. Mischa heeft me net omgedraaid in bed omdat dat niet zelfstandig lukt. Het is wachten tot de pijnstilling gaat werken, óf die gaat werken, tot ik naar de WC kan. Maar ik heb er een hard hoofd in want vandaag is PEMmie mijn beste vriend.

Ik trap er elke keer weer in.

Tekening: moederkloek (moet loslaten als de kinderen naar Praag vertrekken)

leven met ME·rouw

De lijst van gemiste kansen



Over 10 dagen vertrekt onze zoon met zijn vriendin naar Praag voor een half jaar. Hij gaat daar studeren. Ontzettend leuk en spannend voor hem. Ontzettend dubbel voor mij.

Het feit dat ik hem daar niet kan bezoeken, dat ik die keuze niet heb, schuurt. In mijn omgeving maakt de familie zich op om hem daar te gaan bezoeken. Moeten ze vooral doen, ik gun het iedereen. Maar ik zou het mezelf ook zo gunnen.

En natuurlijk zijn er veel mogelijkheden, we kunnen appen, ze kunnen video’s sturen van waar ze wonen en van de stad. Maar dat is niet hetzelfde, verre van.

Dit is weer typisch zo’n moment dat de onmacht groot is en verdriet om wat niet kan, de overhand krijgt. Dat maakt het moeilijk relativeren.

De momenten die ik ga missen worden bovendien gevoelsmatig steeds zwaarder. De lijst van wat niet kan en wat ik miste met hem, wordt steeds langer en de rouw intenser. Het schuldgevoel groter, de frustratie dieper.

Ja, ik word nu overspoeld en nee, het went nooit. Omdat er telkens een nieuwe gelegenheid, ijkpunt of belangrijk moment is waar ik niet bij ben.

Martine 🍀

Chronische rouw·tekenen

Moeder en kind

afbeelding: Martine

Moeder zijn terwijl je ernstig ziek bent, slaat een gat in je hart. Daarin zitten alle gemiste momenten met je kind. Alles waar je niet bij bent, maar waar je wel bij had moeten zijn. De grote en kleine stapjes in het leven. De triomfen, valpartijen, feestjes, wandelingen, oudergesprekken op school, voetbalwedstrijden, samen kleding kopen, knutselen, spelletjes doen.

Aanwezig zijn in zijn leven op een andere manier dan liggend in bed luisteren naar verhalen.

Een goed contact bestaat niet uit kwantiteit maar uit kwaliteit, aandacht, met je geest aanwezig zijn. Ik weet het. Maar toch….

leven met ME

Kaartenactie

💙 LIEFS VOOR LOTJE! 💙

Wie wil een kaartje sturen?

We weten dat leven met ernstige ME ontzettend zwaar is. Maar hoe is dat als je 14 bent?

Ik wil jullie vertellen over Lotje.

Dochter van een vriendin. 14 jarig leergierig zonnetje met een liefde voor muziek, zang en dans.

Lieve Lotje heeft ernstige ME en haar situatie is inmiddels verslechterd:
– ligt 24 uur in het donker
– kan geen geluid meer verdragen
– haar ouders ziet ze heel kort 2x per dag
– sociale contacten via smartphone kan zij ook amper onderhouden.

Deze omstandigheden vergen mentaal heel veel van haar. En helaas kunnen wij de omstandigheden niet veranderen.

Maar met een groep vrienden bedachten we, we kunnen haar wel een hart onder de riem steken, de sleur doorbreken en laten voelen dat we om haar geven.

Willen jullie helpen om Lotje te overspoelen met lieve kaartjes (liefst zonder envelop) met leuke plaatjes? Een ansichtkaart uit jouw woonplaats, een grappig plaatje, iets moois. Alles wat een glimlach geeft!

Kaartjes zonder envelop zijn het beste, dan kan Lotje er meteen van genieten zonder dat iemand het voor haar uit moet pakken.

Liefs voor Lotje
p/a De bongerd 11
7761 XD Schoonebeek
Nederland

(Adres is van een vriend, hij zorgt ervoor dat de post bij Lotje wordt bezorgd)

Chronische rouw·emoties·ernstige & zeer ernstige ME·leven met ME·ME-Awareness·pijn·rouw·Severe ME·verdriet

Dubbel

Onze zoon gaat het huis uit. Hij heeft een kamer gevonden in Amsterdam. Al maanden hoor ik hem aan, luister naar zijn plannen, zijn ervaringen met de zoektocht en nu is het zover. Dit verhaal heeft twee kanten. Blijdschap en verdriet.

Laat ik met het mooie beginnen.Wat ben ik blij voor hem want wat is hij er aan toe! Zijn eigen leven opbouwen, op eigen benen staan, een andere woonomgeving. Ik zie zijn blijdschap en levenslust en het is hartverwarmend.

Ook ben ik blij voor hem dat hij vertrekt. Weggaat uit deze omgeving van ziekte en voortdurend rekening houden met. Gewoon zingend door zijn kamer kunnen lopen, muziek kunnen opzetten, niet meer in het donker eten en om de beurt moeten praten omdat zijn snel overprikkelde moeder anders in elkaar klapt. Hij heeft meer gezien dan wenselijk is en nu is het tijd voor iets anders. Het is tijd om lekker door Amsterdam te fietsen, zijn eigen boodschappen te doen, zijn eigen boontjes te doppen. Waarbij wij hem natuurlijk blijven steunen.

Dan het verdriet. Er zal geen ouder zijn die alleen maar juicht als een kind het huis uitgaat. Hoewel het een natuurlijke gang van zaken is, is het toch dubbel. ‘Ineens’ is het zover. Vreemd, mooi en pijnlijk tegelijk. Het ging te snel. Hoe je het wendt of keert, het is een afscheid. Ook al gaat er vast een andere deur open.

Buiten dat normale verdriet, is er een ander verdriet. Hoewel ik zie dat hij er aan toe is, weet ik ook dat mijn situatie het vertrek heeft versneld. Ik had hem meer onbekommerdheid gegund. Een normalere jeugd. Want alles stond toch altijd in het teken van ‘rekening houden met’. Dat hoeft niet per definitie slecht te zijn. Ik was er wel altijd voor hem, op mijn manier en hij heeft ervaringen opgedaan die hem hebben gevormd, wellicht een bepaalde wijsheid hebben gegeven. Ook al hebben we hem jaren afgeschermd voor al te heftige details.

Maar ik heb veel, heel veel, gemist en hij ook. Al die kleine en grote momenten die moeders met hun kind delen, hadden wij niet of nauwelijks. Mijn moederschap speelde zich af op de bank en in bed. Er zit een gat in mijn hart dat nooit meer kan worden gevuld. Het is de leegte van wat had kunnen zijn en niet was. De leegte van alle momenten dat ik schitterde door afwezigheid. De leegte van mijn kind meegeven aan anderen die hem naar judo en partijtjes brachten, meenamen op uitjes of met hem de stad ingingen om kleding te kopen voor hem, die naar zijn voetbalwedstrijden kwamen kijken en hielpen op school namens mij.

En er is meer verdriet. Mijn kind verlaat het ouderlijk huis en ik kan hem straks niet bezoeken. Ik help niet met verhuizen, kan geen praktische bijdrage leveren. Ik zie niet waar hij terecht komt. Ook al gaat hij het filmen, het is niet hetzelfde. En dat is iets waarover ik slechts in korte stukjes per keer kan nadenken. Het is te groot en het doet te veel pijn. Mijn kind verlaat het huis en ik zie niet waar hij terecht komt. Ik ben er niet bij, zoals wij samen al zóveel hebben gemist. Ik zwaai hem binnenkort uit en gun hem de wereld. Alleen had ik ons samen ook zoveel meer gegund.

Dit is rauwe rouw die gevoeld en uitgesproken moet worden. Anders vreet het mij op.

algemeen

Het moederhart en loslaten

Puber wil geen puber meer genoemd worden maar jong volwassene. Want dat is hij, zegt hij. Nu vind ik hem zelf ook meer een jong volwassene dan een puber als je het bekijkt in termen van onrust, opstand en experimenteren. Ons kind is bedachtzamer en serieuzer dan wij waren op die leeftijd. Er zijn hier (nog?) geen ruzies of slaande deuren, op wat (wederzijds, moet ik er eerlijk bij zeggen) gerol met de ogen na. Nou is hij een jongen en heb ik het idee dat meiden wat sneller zijn op die leeftijd qua opstand en pubergedrag.

Soms knijp ik mezelf even in de armen. ‘Waar blijft de tijd‘ denk ik regelmatig. Als moeder blijf je soms steken in het beeld dat je van je kind had toen hij 5 was, 10 was. En ben je geneigd daar naar te handelen. Maar als ik iets heb geleerd inmiddels dan is het dat je als ouder in deze jaren een flinke stap terug moet doen. In de zin van het hem zelf laten uitzoeken. Soms gaat hij dan onderuit. Maar meestal gaat het goed.

Vorige maand gingen M. en S. naar de open dag van de Vrije Universiteit Amsterdam. Afgelopen zaterdag was de Universiteit van Amsterdam aan de beurt. Aan de eettafel volgde een geanimeerd gesprek over alle indrukken, de voors en tegens van de bezochte studierichtingen. Met verbazing hoor ik mijn eigen kind aan. Hij kan zo goed verwoorden wat hij vindt, wat hij zoekt, wat hem aantrekt. Prachtig vind ik dat.

Hij hoeft nog niet te kiezen, zit nu in de vierde van het gymnasium en dit jaar werd hij vanuit school aangemoedigd open dagen te bezoeken. Dan is het 5e jaar voor een echte studiedag en het volgen van lessen of hoorcolleges om een betere indruk te krijgen. Je kunt zelfs een hele dag meelopen met een student. In het 6e jaar zou de keus duidelijk moeten zijn.

De voorkeuren zijn duidelijk maar er is veel wat lonkt. Medische informatiekunde, future planet studies, aardwetenschappen en computer sciences. Het lijkt hem allemaal prachtig. Al ziet hij heel goed dat het enthousiasme voor de ene studie ook heel erg wordt aangewakkerd doordat de voorlichter op die dag een begenadigd spreker was met een geweldig talent zijn studierichting te verkopen.

School bood ook speeddaten aan. Ook dat maakte indruk. De meeste sprekers vond hij niet heel boeiend. Maar die ene sprong eruit. Een man met een chemische opleiding die zijn hart achterna ging en van restafval – letterlijk het afval wat na verbranding overblijft – toch nog iets weet te maken en daar ongehoord succes mee heeft. Maar wel zichzelf blijft en ervoor kiest om zijn bedrijf niet groter te laten worden dan de 12 mensen die hij in dienst heeft.

En ook daar praten we over. Ga je werken om veel geld te verdienen of is dat niet zo belangrijk? Kun je dat combineren? Een sloot geld binnenhalen door keihard te werken om daarna dingen te gaan doen voor de lol is aantrekkelijk natuurlijk. Maar kun je niet beter ervoor zorgen dat je het werken zelf ook als prettig ervaart? Voor je het weet ga je leven naar je inkomen en werk je niet meer om zo snel mogelijk te stoppen maar om de hypotheek te betalen.

En zo komt alles aan bod. Hij denkt en vertelt en wij zeggen soms iets vanuit onze visie of ervaring. Hij lijkt ineens zo groot. Zo volwassen. Zegt dat hij zich nu alvast gaat inschrijven voor een studentenkamer, want dat kan vanaf je 16e jaar. ‘Misschien wil ik na mijn bachelor wel op kamers mama. Dat ik dan mijn masters doe terwijl ik in Amsterdam woon. Als ik dat dan wil dan kan het, dan heb ik voldoende inschrijvingsjaren. Maar misschien ook niet hoor, gewoon voor de zekerheid inschrijven.’

Ik slik wat. De tijd dat hij bij ons woont kan me niet lang genoeg duren. Maar ik zeg dat niet. ‘Natuurlijk kind, schrijf je maar in, moet je doen, goed idee.’ Loslaten is pijnlijk en tegelijkertijd vind ik het prachtig om te zien hoe hij zich ontwikkelt. Zo veel potentie en zo’n prachtig karakter. Mijn kleine mannetje. Pardon, jong volwassene.

gedrag

Huilbaby

S. hier een paar dagen oud

Toen ik een kind kreeg had ik vooraf weinig verwachtingen. Ik heb jaren rondgelopen met het idee dat ik kinderloos door het leven zou gaan. Ik zag het niet voor me, een huis met man en kind. Niet zoals ik in het leven stond. Dat ik toch een kind kreeg, samen met een man die ik nog niet eens zó lang kende, was dan ook een grote verrassing. Zeker ook voor mijn omgeving.

Omdat ik dus niet al van jongs af aan met een kinderwens rondliep, had ik weinig verwachtingen. Ik had sowieso niet echt nagedacht over het moederschap en opvoeden. Omdat ik vrij laat een kind kreeg – in vergelijking met mijn vrienden – heb ik natuurlijk hier en daar wel wat opgepikt. Ook had ik regelmatig opgepast op neef en nicht en ik had op zich wel een redelijke voorstelling van hoe het leven met kleine kinderen verliep, gebaseerd op wat ik in mijn omgeving zag.

Alleen niemand die ik kende had een huilbaby. Wij wel. S. begon in de tweede week van zijn leven met huilen en stopte toen hij ongeveer een jaar was.  Niet continu huilen maar wel veel uren per dag en per nacht, véél meer dan 3 uur per dag, wat de norm is voor een huilbaby. Slapen deed hij bijna niet en wij dus ook niet. In de ochtend was hij meestal rustig maar zo na het middaguur gingen de stembanden open en begon hij.  Er is niets dat je hierop voorbereidt. Ik voel nu nog soms de wanhoop omhoog kruipen als ik wel eens het gehuil van een huilbaby opvang.

Vol overgave huilen!

In eerste instantie dacht ik dat ik het huilen van mijn baby niet begreep. In boeken over baby’s las ik over moeders die vrij snel het huilen van hun kind konden onderscheiden in verschillende categorieën met bijbehorende behoeften. Een baby kan alleen maar huilen om zijn behoeften duidelijk te maken, dus huilt hij als hij honger heeft, bij pijn, verdriet, een vieze broek of als hij moe is en wil slapen maar het niet lukt. Er schijnt overal een huiltje voor te zijn.

Ik hoorde alleen maar HEEL HARD HUILEN en dat ging maar door. Dus probeerde ik alles om het te doen stoppen: de wieg werd anders neergezet, zodat hij minder prikkels zou krijgen, ik plaatste een ouderwetse wekker in de wieg want het getik daarvan zou doen denken aan de hartslag die hij had gehoord in mijn baarmoeder, inbakeren, een speen, rust/reinheid/regelmaat, heen en weer wiegen.

Dat laatste had het meeste effect. S. werd rustig van heen en weer wiegen en schommelen. Dus deed ik dat, zó veel en zó vaak dat ik carpaal tunnel syndroom had toen hij drie maanden was. Het geluid van een stofzuiger of een föhn werkte ook goed om hem te kalmeren. Als we hem naast een föhn op de hoogste stand neerlegden zagen we zo de spanning uit zijn lijfje vloeien en viel hij in slaap. Tot we de föhn uitzetten, dan begon het weer opnieuw.

Natuurlijk kregen we adviezen. Van iedereen in onze omgeving. Gevraagd en ongevraagd, zinnig en onzinnig. Het consternatiebureau consultatiebureau deed het af als onervarenheid van onze kant. De 20 jarige huppeltrut/pleegzuster Bloedwijn die ons begeleidde vroeg niet door en het enige advies dat zij had was dat ik wat fermer moest zijn. Want onze baby manipuleerde ons, was het professionele oordeel.  ‘U kunt gerust uw kindje bijvoorbeeld even in een kinderwagen in de schuur of garage leggen met de deur dicht, zodat u het gehuil niet hoort’. Echt, dat werd in 2002 geadviseerd door het consultatiebureau in de Pijp in Amsterdam. Het wordt weer zwart voor mijn ogen als ik daar aan terugdenk!

De huisarts wist het ook niet. Had geen tips en vroeg ook niet door. Vond de term huilbaby maar overtrokken ook al gaven wij aan dat S. meer dan 5 uur per dag huilde. Het zou vast allemaal beter worden. Inderdaad, maar niet dank zij hem. Allergieën of iets fysieks kon het volgens hem niet zijn want ik gaf vrij lang borstvoeding (tot 6 maanden). Mijn suggestie dat ik via wat ik at hem eventueel voedingsstoffen gaf waar hij misschien niet tegen kon, werd weg gewapperd.

Als je een huilbaby hebt en je bent een onervaren ouder dan denk je snel dat je iets fout doet. Je voelt je mislukt en wanhopig, je bent moe en helemaal door gedraaid. Je wilt nog maar een ding en dat is dat je kind stopt met huilen. Want dat gehuil vertelt je dat er iets mis is. Maar je weet niet wat, laat staan wat je moet doen om ermee om te gaan.

Ik haalde stapels boeken uit de bieb, las alles hierover waar ik mijn hand op wist te leggen, heb weken een methode uitgeprobeerd van hem steeds een paar minuten langer laten huilen voordat ik hem weer oppakte. Maar met geen enkel effect. Nou ja, wel op mij, ik had inmiddels een halve zenuwinzinking. Soms kon ik mensen wel aanvliegen als ze vroegen of ik genoot van mijn kraamtijd en of ik lekker op een roze wolk zat. Natuurlijk was het niet alleen maar hel. Er waren ook veel momenten met een blije baby, goddank, en dat maakte veel goed. Maar toch.

En toen stuitte ik op het boek ‘De taal van huilen’ van Aletha  Solter en werden mijn ogen geopend. Een geweldig boek dat ingaat op het nut van huilen en dit vanuit een positieve invalshoek benadert. Dát scheelde al enorm.  Wat het boek voor mij deed was dat ik inzag dat al die tijd dat S. aan het huilen was, ik hem probeerde te laten stoppen. Speen erin, wiegen, sussen, alles om hem maar niet te laten huilen. Dus deed hij dat, huilen,  uren lang. Mijn reactie op huilen hield het huilen in stand. Want wat gebeurt er als iemand je iets vertelt en je snoert hem de mond? Hij blijft het proberen, nét zo lang tot je luistert.

Solter legt uit dat de meeste kinderen huilen om een bepaalde basisbehoefte aan te geven: honger,dorst, willen slapen.  Het gewone huilen zeg maar. Daarnaast huilen kinderen omdat er soms iets mis is, bijvoorbeeld krampjes, koorts, ziekte, ongemak. Tot slot huilen sommige baby’s omdat ze willen huilen. Soms vanwege een geboortetrauma of een onbalans. Zij ziet dit specifieke huilen als een genezingsproces. De baby huilt om iets te verwerken en is geen teken van acute pijn maar een manier om met dingen om te gaan. Zij heeft het in dit verband over bijvoorbeeld een geboortetrauma bij de baby of complicaties bij de geboorte.  Het overmatige huilen is dan om de emotionele pijn van deze ervaring te verwerken.

Een ander interessant aspect was dat Solter ingaat op wat huilen doet met ons. We zijn zo geconditioneerd dat huilen als ongemakkelijk wordt ervaren. Mijn reactie op zijn huilen zei veel over mij. Ik was bang voor huilen, altijd al geweest. Als ik wel eens huilde in gezelschap werd het snel zo’n hikhuil. Als mensen bij mij huilden vond ik dat vaak eng. Omdat ik me machteloos voelde en het gevoel had dat ik het moest oplossen. Jij huilt en dan geef ik je een pleister en klaar. Ik ben meer van de woorden.

“Wat kunnen ouders doen? Allereerst is het belangrijk om te controleren of er directe behoeften of ongemakken zijn, zoals honger of kou. Maar als je baby nog steeds onrustig is nadat je zijn basisbehoeften hebt vervuld, is het echt zinvol om hem gewoon liefdevol vast te houden en hem in staat te stellen om door te huilen. Baby’s hebben nabijheid en aandacht nodig wanneer ze huilen. Geen kind zou ooit aan zijn lot overgelaten moeten worden om in z’n eentje te huilen. Ook al voel je je misschien niet effectief wanneer je je huilende baby vasthoudt, in werkelijkheid geef je hem de broodnodige emotionele steun terwijl hij op deze manier spanning ontlaadt. Je baby wijst jou niet af wanneer hij huilt. Hij voelt zich gewoon veilig genoeg om jou zijn gevoelens te laten zien, net zoals jij in tranen zou kunnen uitbarsten als een goede vriend zijn arm om je heen zou slaan en onderkennen dat je een rotdag had gehad. Ouders die hun baby’s vasthouden en hen in staat stellen om zich op deze manier te uiten, merken vaak dat hun baby’s ontspannen en tevreden zijn na een huilbui, en ’s nachts beter slapen.” (Solter, awareparenting).

Dus ging ik aan de slag met haar tips. Die zijn eigenlijk heel eenvoudig: erken je kind in zijn behoefte om te huilen. Laat hem huilen in contact met jou. Dus concreet: je baby huilt en jij bent bij hem, kijkt hem aan, maakt oogcontact en laat hem huilen. Zonder te sussen, wiegen,schommelen. Hij huilt en jij luistert. En toen? Nou toen viel S. stil. Niet van de ene dag op de andere maar het ging heel beter. Hij huilde minder vaak en minder lang en ik wist beter hoe ik ermee om kon gaan.

Wat de oorzaak van het huilen was? Ik weet het niet. De bevalling ging bepaald niet van een leien dakje, voor zowel hem als mij. Maar eigenlijk maakte het niet uit waarom hij huilde. Hij huilde en dat mocht hij eerst niet van mij. Ik deed alles om hem te laten stoppen. Maar toen ik hem liet huilen, op een veilige geborgen manier, was hij eigenlijk best snel uitgehuild.

Huilbaby’s worden pubers en dan zijn er weer andere dingen ;-). Maar ik heb veel geleerd van deze tijd met mijn huilbaby en dit boek. Onder meer hoe belangrijk het is om emoties te kunnen en mogen uiten, ook voor een baby. Juist voor een baby.

Aletha Solther: De taal van huilen

algemeen

De leukste schoonmaakhulp ooit

Aan mijn getut en getwijfel over wel of niet een schoonmaakhulp nemen is sinds een tijdje een eind gekomen. Ik had wel de behoefte maar zag er tegen op een vreemde in huis halen. Dat zijn extra prikkels om te verwerken. Bovendien is het onhandig als het schoonmaken gelijk valt met een slechte dag van mijn kant. Zal je zien dat ik me beroerd voel maar dan toch vooraf koekjes ga staan bakken want hier schoonmaken moet wel een beetje leuk zijn natuurlijk. Ik ken mensen die zeggen wat er gedaan moet worden en dan zelf in bed gaan liggen met de deur dicht maar dat kan ik niet. Het lukt me niet om ontspannen te blijven terwijl er hier iemand door het huis rent. Dat is stom en dat zou anders moeten maar dat is dus niet zo.  Dat is ook de reden dat we familiehulptroepen op een gegeven moment hebben afgehouden. 

Dus maakten we zelf het huis schoon. M. doet over het algemeen de zwaardere klussen zoals stofzuigen, bed verschonen, etc. En ik doe de niet zware klussen zoals beetje opruimen, vaatwasser vullen, was erin gooien waarbij de mannen dan meestal de mand met schone natte was voor me naar boven tillen, waar de droger staat. S. draagt ook een steentje bij met kamer opruimen  en stofzuigen(na enig aandringen), zelf zijn bed verschonen en zaken als vaatwasser leegruimen en af en toe een boodschap halen. Wat ik normaal vind om te doen voor een puber.

Zo komen we een heel eind en wat vandaag niet lukt, kan morgen vast wel. Negen jaar ziek zijn heeft opgeleverd dat ik vaker zoek naar gemak en dat ik accepteer dat niet alles gaat zoals ik wil. Mijn eisen van wat ik acceptabel vind zijn ook wel grondig bijgesteld. Het is niet dat het hier plakt maar ik heb wel geleerd om bijvoorbeeld de neiging om soms zelf te stofzuigen te onderdrukken. Ook al is het soms vergeven van de kattenharen, voor mij is dat gewoon echt niet slim om te doen. Een oplossing is dan vakkundig negeren, eventueel doen wat wel kan zoals een beetje vegen met een bezem, katten eruit gooien. Maar sommige ruimtes in huis schoten er echt wel bij in, zoals de badkamer. Dat is duidelijk het kind van de rekening. Doekjes over de wastafel halen lukte nog wel, maar verder? Terwijl ik ooit heb gelezen dat een badkamervloer het smerigste oppervlak in huis is.

Natuurlijk gebeurde het soms wel maar vaker niet dan wel. Er moet vaak zoveel gedaan worden door M. in het weekend en ik vind het ook wel fijn als hij gewoon vrij heeft en even voor zich uit kan staren of iets leuks kan gaan doen.

Ja wat doe je dan? Met aan de ene kant behoefte aan een geen energie zuigende schoonmaakhulp die vertrouwd is en aan de andere kant een puber die de laatste tijd aangaf wel geld te willen verdienen maar terug schrok voor de dwang van een vast baantje. Vrienden van hem werken elke zaterdag en dat is hem nog teveel van het goede. Hij voetbalt, zit op judo, moet best veel tijd besteden aan huiswerk en ziet een echte verplichting nog niet zitten.

Behalve als je moeder het vraagt ;-). Sinds een maandje of twee maakt hij tegen betaling schoon. Meestal de badkamer maar ook wel de tegels in de WC of andere grotere klussen. Het echte schrobwerk dus. Niet alle weken maar wel zo regelmatig dat het echt beduidend schoner is. 

Ik vind het normaal als een kind bijdraagt aan het huishouden. Dus van jongs af aan heeft hij wel dingen moeten doen. Toen hij heel klein was bijvoorbeeld zijn eigen bord naar de keuken brengen, later werd dat tafel dekken en afruimen en nu moet hij zijn eigen kamer bijhouden. Maar het echte schrobwerk verwacht ik niet van hem. Dus daar betalen we hem voor.

Wat betaal ik dan? In eerste instantie wilde ik veel te veel gaan betalen. Want als er hier iemand komt schoonmaken ben ik ook zo €12,50 tot €15 per uur kwijt. Maar M. wees me er terecht op als ik dit soort bedragen zou gaan betalen, S. nooit meer elders wil gaan werken. Wat als hij een echte bijbaan wil? Dan is dat minimum jeugdloon echt niets in vergelijking wat hij hier zou krijgen.

Dus hebben we zijn loon aangepast aan het jeugdloon, of eigenlijk een klein beetje daarboven. Want we hebben geen werkgarantie, geen vaste afspraken over tijden en we betalen ook geen vakantiegeld. Het is dus geen geld waar hij op kan rekenen. Hij krijgt €1 per kwartier. Meestal is hij 1 tot 1,5 uur bezig en ik maak het geld meteen over naar zijn rekening. Hij heeft zo wat extra geld en wij zijn enorm geholpen met zijn poetswerk. En buiten dat,  is hij natuurlijk de leukste schoonmaakhulp ooit.

algemeen

De toekomst: profielkeuze school

Het schooljaar is al weer de derde week ingegaan en zodoende was het tijd voor de jaarlijkse ouderavond die altijd begin september plaatsvindt. Afgelopen maandag gingen we naar school voor een bijeenkomst waar de introductie opwekkend kort was, de mentor tweetalig onderwijs is beduidend korter van stof dan de directeur die in de voorafgaande jaren de inleiding verzorgde. Na dit voorafje werden we heel langzaam gaar gestoofd in het lokaal van de klassenmentor.

Arme kinderen om te verwachten dat ze met deze temperaturen iets kunnen presteren. Het lokaal lag op de eerste verdieping en alle warmte van de dag was naar boven gefloept en hing daar als een wolk boven de lam gelagen ouders. De mentor kletste zich er manmoedig doorheen, ze is waarschijnlijk wel wat gewend, maar dat kon niet voorkomen dat de reacties vrij lauw waren. Vragen? Nee er waren nauwelijks vragen, iedereen wilde zo snel mogelijk naar buiten, de frisse lucht in.

Evengoed vond ik het heel goed en fijn om te gaan. Allereerst wegens een egocentrische en niet ter zake doende reden, namelijk dat ik op de lagere school alle ouderavonden, rapportgesprekken en voorstellingen/uitvoeringen heb gemist, op de eindmusical na. Het voelt echt als een overwinning dat dit nu wél lukt met een paar rustdagen erna en dat ik nu de informatie eens uit eerste hand krijg in plaats van dat M. me vertelt wat er is besproken. Maar natuurlijk ook omdat ik graag wil horen wat er gaat gebeuren dit jaar. Het derde schooljaar is een belangrijke periode. S. moet aan het eind ervan zijn profielkeuze maken. Dat is best spannend want hij heeft nog geen idee. Ik heb zelf wel een vermoeden wat bij hem zou passen gezien zijn interesses en cijfers – Natuur & Techniek of Natuur & Gezondheid – maar het is zijn keuze natuurlijk. En hij vindt eigenlijk alles leuk en interessant, behalve Duits.

De school begeleidt de kinderen in de profielkeuze door middel van gesprekken en het doorlopen van een programma dat alle kinderen thuis of in studietijd op school kunnen doen. Dat filtert en sluist als een trechter naar de juiste keus toe, schijnbaar. De docenten geven ook advies of het gewenste profiel past bij hun indruk en de prestaties van het kind. Voor sommige vakken wordt het wel flink aanpoten. Scheikunde en economie zijn verse vakken dit jaar en halverwege het jaar moeten ze al een voorlopige keuze maken. Even wennen aan de nieuwe vakken en op gang komen is er niet echt bij want je moet minstens een 7 staan wil je een vak in je mogen profiel kiezen .

Het blijft me verbazen dat kinderen zo vroeg moeten kiezen. Ze hebben op een enkeling na nog echt geen flauw idee. Er zitten bij S. een paar bijzondere gevallen in de klas die op hoog niveau sporten of een versnelde VWO opleiding doen. Deze kinderen zijn meestal enorm gefocust maar de rest niet echt. En toch hangt er best veel van af. De richting die ze nu al kiezen sluit latere wensen misschien wel uit.

Ik ga mijn best doen hem te helpen een mooie keuze te maken. En hoop dat ik niet te sturend zal zijn en hem niet ga belasten met de erfenis van mijn foute keuzes. Hij hoeft natuurlijk niet mijn foute beslissingen recht te breien. Maar ik hoop wel enorm dat hij kiest voor dat waar zijn hart ligt en niet voor dat waar hij veel geld mee hoopt te verdienen. Al hoeft het één het ander niet uit te sluiten natuurlijk.

Hij kiest dus zijn eigen profiel en zijn eigen eventuele studie straks. Wat ik wel kan doen, hoop te doen, is hem helpen met alle dingen erom heen: hoe leer je plannen, voor jezelf opkomen, je grenzen bewaken, omgaan met stress en al die andere zaken die soms bepalend zijn of iets lukt of niet. Best spannend vind ik dat aangezien dat nu net dingen zijn die mij bepaald niet zijn aankomen waaien. Maar ervaringsdeskundige als ik ben van hoe het niet moet, ben ik vaak zo eerlijk mogelijk tegen hem en deel hem mijn fouten en vertel ook hoe ik nu met stress omga en wat het verschil is met vroeger.