Dibbes woont nu drie jaar bij ons. In mei 2013 zat hij ineens in de tuin, schuw, mager en half blind. Vertrouwen winnen ging heel moeizaam maar in september lukte het om hem te aaien en vandaar uit maakte hij grote sprongen. In oktober brachten we hem naar de dierenarts voor een algehele check, sterilisatie, chippen en een oogoperatie, aangezien hij entropion had, een aandoening waarbij de wimpels naar binnen groeien.
Daarna kon het echte werk beginnen want hij moest aan alles wennen en was erg onzeker en schrikkerig. Dibbes is een kat van extremen, hij kan héél erg ongelukkig en onzeker zijn maar ook genieten als geen ander.
Dat we na een jaar nog een zwerfkat – en zijn evenbeeld – adopteerden was wel een kleine verstoring in het prille adoptiegeluk. Maar nu we weer twee jaar verder zijn sinds Gerrie hier kwam, is er wel een acceptatie ontstaan. Ze spelen – heel voorzichtig – met elkaar en zijn niet langer elkaars vijanden (dat waren ze op straat wel, elkaars concurrenten om eten).
Dibbes heeft heel langzaam meer zelfvertrouwen gekregen. Al moeten we hem nog wel door spannende tijden heen loodsen. Oudejaarsavond en dierenartsbezoeken worden vooraf gegaan aan weken van zylkène slikken, een antidepressivum voor katten dat net overal de scherpe randjes vanaf haalt. En wat het ene jaar nog niet lukte – hem naar de dierenarts brengen voor controle – lukte de erop volgende jaren wel. En ook daar leerde hij van. In de mand ergens naar toe gaan betekent altijd dat hij ook weer mee terug mag. Na een kleine ingreep aan zijn gebit vorig jaar, regelde ik het zo dat ik bij hem mocht blijven toen hij onder narcose ging en ik was ook de eerste die hij zag toen hij weer bijkwam. Al deze stappen hebben een band gesmeed en vertrouwen tussen ons gebracht. Hij is bovendien niet meer vooral alleen op mij gericht maar hecht zich ook aan andere gezinsleden en aan mensen die hier regelmatig over de vloer komen.
Dat de angst en onzekerheid nog steeds zeer aanwezig zijn, zag ik deze week. In de huiskamer stond een grote lege doos. Dibbes is als echte kat dól op dozen dus sprong hij erin, eruit, erin, eruit. Om vervolgens ineens als een idioot heen en weer te rennen, trap op, trap af. Volledig in paniek. Er bleek een stuk tape aan zijn staart te zijn vastgeplakt. In die doos zat blijkbaar van dat afplaktape waar je dozen mee dichtmaakt en dat hing aan zijn staart.
Wat volgde was een regelrecht drama met een Dibbes die niet kon stoppen met rennen en een Gerrie die dacht dat er een leuk spelletje gespeeld werd en achter Dibbes aan ging hollen. Het werd al snel levensgevaarlijk omdat hij in zijn angst ook de straat op vloog waar auto’s pal op de rem moesten staan om hem niet plat te rijden. Uiteindelijk rende hij weer het huis in, naar boven naar de kamer van S. Daar verstopte hij zich onder bed. Eerst lag hij volledig verstijfd maar al snel kreeg hij een soort toeval van angst. Hyperventileren, schokken met zijn hoofd, rollende ogen. Eng om te zien en echt heel zielig. Ik kon er bovendien niet goed bij want onder het bed ligt een logeermatras en daar lag Dibbes op. Er bleef dus te weinig ruimte over om zelf ook onder het bed te kruipen.
Uiteindelijk ben ik plat op mijn buik gaan liggen en ben met mijn ene hand hem gaan aaien en met de andere hand op zoek naar zijn staart gegaan. Hij reageerde na een paar minuten goed op mijn stem en mijn aanhalingen dus hij kalmeerde iets. Toen snel met een ruk dat klotetape eraf getrokken. Hij vloog onder het bed vandaan en ging plat op de grond liggen. Daar kroop ik naast hem en toen moesten mens en dier even van de consternatie bijkomen.
Sindsdien is hij echt weer terug bij af. Hij kan zich wel redelijk ontspannen maar bij elke vreemd geluidje dat hij hoort – gekuch, geritsel van papier, gillende mensen in het park – springt hij op en verstopt zich. Best zielig. Het positieve is wel dat het me lukte om in zijn ergste paniek tijdens die aanval tóch contact met hem te krijgen en hem te kalmeren. Dat betekent dat er echt veel vertrouwen is gegroeid. Dus moet hij nu even door deze periode heen. Het komt wel weer goed.

















































