Magie



Gisteren was een rustdag en dat deed goed. Even niets moeten, geen taakjes. Alleen maar liggen, rusten en een luisterboek luisteren. Ik ben in “In de ban van de ring” aan het luisteren en word daar goed door opgeslokt.

In de namiddag toog ik naar beneden, tekende even en vervolgens aten we met zijn viertjes. Het was en voelde heel feestelijk. Ik had me zelfs aangekleed en opgemaakt en dronk alcohol vrije wijn.

Dit soort momenten die voor anderen zo normaal zijn, en bij anderen vaak dagelijks voorkomen (aankleden, samen eten met het hele gezin) voelen echt magisch voor mij.

Vandaag voel ik me redelijk maar houd ik me ook wel extra rustig om te herstellen van gisterenavond.

Fijne zondag voor zover mogelijk!

Geliefden en mantelzorgers



Na jaren van milde en matige ME, kreeg ik ernstige, en later zeer ernstige, ME. Mijn geliefde werd ‘ineens’ mijn mantelzorger. En we werden hierdoor zo opgeslokt, dat we even vergeten dat we nog steeds geliefden zijn.

We zijn geliefden, ondanks dat we nooit samen een avond op de bank uitgebreid een goed gesprek kunnen voeren, opgaand in elkaar.

Geen lange bos- en strandwandelingen voor ons, nooit natafelen met een fles wijn na een uitgebreide maaltijd. Niet meer zondagmiddagen naar de bioscoop gaan. Geen ochtendsex gevolgd door een uitgebreid ontbijt. Niet samen uit eten gaan en daarna door een sprookjesachtig winter Hoorn terug wandelen. Niet samen naar tentoonstellingen en musea gaan.

Maar ook niet elkaar kunnen steunen bij begrafenissen. Mijn geliefde moet overal alleen naar toe. Hij onderhoudt de contacten met de familie en doet al het regelwerk. Wij zorgen niet samen voor ons huis, dat doet hij. We hebben samen een kind maar het praktische deel van de opvoeding lag geheel bij hem.

Als mijn geliefde iets dwars zit, emotioneel is, moet hij dat kanaliseren of inslikken, want ik kan geen grote emoties aan. Dus zal hij een deel van zichzelf moeten uitschakelen in contact met mij.

En toch zijn we geliefden. Ik merk het aan de grapjes onderling. Het hand in hand zitten als we samen liggend op bed een serie kijken. Ik merk het aan de aardbei die ik vaak bij mijn ontbijt krijg. Ik merk het aan zijn blik in zijn ogen als hij wakker wordt en mij ziet. Ik merk het aan de intimiteit zonder woorden, die steeds sterker wordt. Ik merk het aan mijn gegiechel als hij grapjes maakt. Ik merk het aan onze bereidheid boven de situatie uit te stijgen.

Geliefden worden soms mantelzorgers maar blijven ook geliefden. En dat is geen vanzelfsprekendheid weet ik.

Bezoek

Operatie bij moeder en zus langs gaan net succesvol voltooid.

Het was jaren geleden dat ik bij mijn moeder was. Ze woont op 5 tot 10 minuten rijden met de auto.

Ik wilde na van de zomer al te hebben geoefend met me te laten rond rijden, nu dan eens proberen hoe een kort bezoek uitpakt.

Voor mij is dat wel een hele operatie van kleding aandoen, jas aandoen, naar de auto, in auto liggen, uit de auto, wachten tot rolstoel uitgeklapt is…tussen het aankleden door rusten.

Het is eigenlijk alles rond het weggaan en op bezoek zijn wat het ook inspannend maakt.

Maar t was geweldig. Gezellig, heel kort helaas maar lang genoeg. Op de terugweg langs de prachtig verlichte binnenstad gereden. En nu weer in bed met het gevoel dat ik een enorme roadtrip heb gemaakt.

De komende dagen extra rusten en nagenieten en duimen dat de crash uitblijft.❤️

Geluk

Afb. Pixabay



Op mijn laatste post dat ik stabiel ben en me zelfs regelmatig weer gelukkig voel, kreeg ik vooral op facebook enorm veel reacties.

Mensen weten natuurlijk wel dat je niet ligt te schateren van geluk als je doodziek in bed ligt. Maar het daarover hebben is moeilijk.

Als mensen zeggen dat je moet volhouden, ligt er achter die woorden wel een besef dat een situatie moeilijk en waarschijnlijk ongelukkig makend is. Maar dat wordt niet benoemd. Wat ik begrijp.

Ik heb wel eerder over depressieve gevoelens gepraat en geschreven. Over rouw en verdriet. Het hoort bij het leven vind ik. Het is goed dat te benoemen in plaats van weg te moffelen.

Geen licht zonder donker. Door af en toe het donker te erkennen, kan ik ook weer met meer bewustzijn het licht erkennen en voelen

Maar geluk, daar heb ik het nooit echt over. Het is een pijnlijk onderwerp geworden. Want geluk lijkt mij vaak een luxe.

Tegelijkertijd is mijn besef van geluk opgeschoven door mijn vreemde werkelijkheid. Afwezigheid van pijn, kan al een gevoel van geluk oproepen. Treurig genoeg, want het zegt iets over mijn verwachtingen van het leven.

Toen ik op mijn ziekst was, heb ik een paar keer een heel puur en intens geluk ervaren. Bijna een Godservaring. Ik werd door de omstandigheden zo afgebroken dat ik bij mijn kern kwam. Iets waar anderen waarschijnlijk voor naar een retraite gaan in een boeddhistisch klooster, werd mij “zomaar” in de schoot geworpen.

Maar dat waren momenten.

Wat maakt dat ik nu soms gelukkig kan zijn? Of anders gezegd: wat belemmerde een geluksgevoel in mij?

Natuurlijk heb ik daar veel over na kunnen denken. Tijd zat zo liggend in bed.

Veel heeft te maken met mij kunnen uiten. Een gesprek kunnen voeren, wensen en meningen kunnen ventileren, kunnen luisteren naar een ander. Mijn geest kunnen voeden met muziek. Iets van natuur mee kunnen krijgen. Geuren ruiken.

En een stap verder: creatief bezig kunnen zijn.

Momenteel kan ik mijn innerlijke wereld weer delen met de buitenwereld. Er is interactie mogelijk en ik kan mezelf emotioneel, mentaal en creatief uiten.

Zo verschrikkelijk ziekzijn maakt dat ik mij weggemoffeld voel. Het heet niet voor niets vaak “onzichtbaar ziek”. Ik voel me vergeten, ongezien, ongehoord, er niet toe doend.

Zo ziekzijn maakt dat ik regelmatig barstens vol schuldgevoel zit. Naar mijn geliefden toe, om wat ik ze aandoe. Naar de samenleving omdat ik niet van nut ben. Al weet mijn gezonde verstand dat ik het niet zo moet bekijken.

Maar soms valt dat alles weg. Dan is alles lichter. Er is hoop. Dan voel ik vooruitgang en kijk ik achterom. Ik zie waar ik vandaan kom. Uit een heel diep pijnlijk gat. Dan kijk ik vooruit en voel me gelukkig. Want het is nog niet voorbij. Ik mag nog steeds meedoen.

Martine 🍀

IJsselmeer

Gisteren deed ik iets wat ik jaren niet kon. Ook iets waarvan ik jaren dacht dat het nooit meer mogelijk zou zijn.

We zijn naar het IJsselmeer geweest, 5 minuten van ons huis vandaan. Ik zag het water, een ijsvogeltje, ik hoorde de wind in de bladeren, voelde de zon op mijn gezicht en was vrolijk en overdonderd door dit wonder.

Natuurlijk bleef een reactie niet uit, ik stortte bij thuiskomst meteen in een PEM. Pijn, tot op het bot verkleumd, knallende tinnitus, duizelig en hoofdpijn.

Maar vandaag valt het mee. Al kan ik pas over een dag of twee echt zeggen wat het fysieke effect hiervan was.

Op mijn psyche was het effect natuurlijk groots. De plekken te zien waar ik jarenlang zo vaak kwam, zwom, wandelde. Het was groots.

Geluk

Geluk, dat dit lukt. Geluk, dat ik liggend afleiding heb in kleuren en vormen tekenen. Vergetelheid. Even in mijn eigen fantasie leven en mijn realiteit buiten sluiten.

Creativiteit

Heel creatief ben ik nooit geweest. Knutselen betekende bij mij dat ik als kind de kleuterschool uit kwam stormen met lijm in mijn haar en iets onbestemds aan mijn handen geplakt.

Ik vond het altijd wel leuk om te doen. Vol enthousiasme stortte ik mij op tekenen, kleien en knutselen. Om er altijd te laat achter te komen dat het eindresultaat beter wordt als je vooraf even bedenkt wat je wilt maken. Tenzij je een genie bent natuurlijk. Maar tot die categorie behoor ik niet.

Schrijven ging mij wel altijd makkelijk af. Als kind herschreef ik vaak het einde van een boek als het me niet beviel. Opstel schrijven was mijn favoriete lesonderdeel en ik ben eigenlijk altijd blijven schrijven.

Schrijven doe ik nu op een scherm. En omdat ik mijn schermgebruik moet minderen, zocht ik een creatief alternatief.

Tot mijn stomme verbazing ben ik aan het tekenen geslagen, niet gehinderd door enige talent. Ik probeer kleurpotloden en stiften uit, werk op wit en zwart papier en klooi lekker aan. Dit alles liggend in bed. Kleurpotloden om mij heen. Eeuwig zoekend naar het gummetje en nog net zo chaotisch als toen ik een kleuter was.

Maar ik geniet. Ik hoef er niets mee. Wat ik teken hoeft niet eens te lijken om er toch emoties in te kunnen stoppen. En gewoon kleuren combineren is zen.

Mischa is wat argwanend want zoals altijd is hij bang dat ik doorsla en teveel doe. De “misdaad” is ook nu moeilijk te verbergen als ik na het tekenen onder de stift zit en hij concludeert dat dat niet van 5 minuten tekenen kan zijn. Als dit zo doorgaat krijgt mijn omgeving dit jaar met Kerstmis getekende misbakselkaarten van mij. En ik geneer me niet eens.

Je bent er altijd bij

Deze week kreeg ik een bericht van een goede vriendin. Ze was op vakantie naar Schiermonnikoog geweest en schreef “je bent er altijd bij”. En dat werd vergezeld door een prachtig tekstje, voor mij geschreven.

Ik was daar. Op het strand. Zeegeur snuivend. Terwijl ik in bed lag

Weten dat ik daar was, bij haar op het strand, zo liggend in bed, doet wat met mij.

Mensen nemen mij mee in hun hart. Ik word niet vergeten.

Ik besta nog.

WTF!

De spanning liep op hier. Want gingen we vandaag het (dacht ik) totaal onrealistische doel van € 5000 halen? 😱

Gelukt! 💙🙏

Ik krijg van meerdere kanten de vraag of dit niet te belastend is voor mij, zo’n doneeractie organiseren?

Ja, natuurlijk. Vooral de spanning is teveel voor mij.

Toch doe ik het. Probeer nog meer rust in te bouwen. Dat is in het donker liggen en niets doen.

Maar, dit is wat ik kan doen. Ik kan schrijven en duidelijk maken hoe zeer ernstige ME er uit ziet.

Ook heb ik een diep gewortelde overtuiging dat ziekzijn je niet ontslaat van er zijn voor anderen. Zolang er ruimte is, heb je keuzes hoe die ruimte in te vullen.

Wat het met mij doet te merken dat zoveel mensen doneren, is niet in woorden uit te drukken. Al die liefde voelt Hugo straks ook.

Dat is mijn grootste motivatie: te weten dat we met zijn allen iets van de stress bij een medepatiënt en lotgenoot kunnen wegnemen.

Er zijn zoveel manieren waarop we ons kunnen inzetten. Dit is mijn manier. Gisteren was er elders op Facebook een voor mij moeilijke ietwat onsmakelijke discussie met als insteek: maar Hugo hééft zorg, hij heeft Lisa. Er zijn mensen die dat niet hebben. Dat is erger.

Ook zei deze zelfde persoon: Lisa wist waar zij voor koos.

Laat me je uit de droom helpen. Geen mantelzorger weet dat vooraf. Ze worden langzaam een situatie ingezogen, die steeds heftiger wordt. En ‘ineens’ zijn ze mantelzorger.

Dat is zwaar en moeilijk. Mischa is mijn partner én mantelzorger. Dat betekent dat de keus om mij te verzorgen voor de hand ligt. Maar er klappen veel relaties natuurlijk onder dergelijke omstandigheden.

Lisa kwam gewoon voorbij fietsen, zag wat er gebeurde en stapte af. (beeldspraak mensen). Ze had ook door kunnen fietsen. Dat deed ze niet.

Mensen als Lisa maken de wereld mooier. Ook zij verdient alle steun die er te geven valt. Door bijvoorbeeld de financiële druk iets te verlichten.

En dit is wat ik doe. Zijn er mensen die het zwaarder hebben? Ongetwijfeld. Er is vast ergens iemand te vinden die het nog zwaarder heeft. Maar ik vond Hugo en Lisa. En help ze graag.



Doneren kan hier 👇 https://www.geef.nl/nl/actie/help-hugo/donateurs

Wat er overblijft

Het is maar pijn
zeg ik tegen mezelf
en houd mezelf voor de gek.

Het is maar ongemak,
zeg ik tegen mezelf
en probeer het te omhelzen.

Het is maar een ziekte
zeg ik tegen mezelf,
en voel me aangetast.

Dit is dus lijden,
erken ik eindelijk
en wil wat doen.

Zo ga ik met alles om.
Ik analyseer en ik doe.
Dit valt alleen te ervaren.

Ervaren en ondergaan
en toch niet verdwijnen,
dat is het spel dat ik speel.

Wat als alles verdwijnt?
Het mens dat zo intens is,
grenzeloos en vol dromen.

Wie ik was, zegt niets.
Ik hoef niets te zijn,
om te zijn wie ik ben.

Als wat ik droomde, hoopte
en dacht te weten verdwijnt,
dan blijf ik over. Ik.

Ik herken mezelf
en nu ik dat zie,
laat ik niet meer los.

Ik weet nu dat ik daar ben
Meer dan een idee,
of een verwachting.

Ik ben daar.
Ik blijf over.
Zonder filter.

(Afbeelding Pixabay)